38008 Ontharder (hydrofiel en zacht)
Kenmerken en voordelen
- Uitstekende verspreidende en doordringende eigenschappen. Kan snel gecombineerd worden met vezels.
- Uitstekend verzachtend effect. Geeft stoffen een pluizig en dik handgevoel.
- Geschikt voor hogetemperatuurmachines, overloopverfmachines en continu opvulproces.
- Lage vergeling. Geschikt voor gebleekte stoffen.
- Breed toepassingsbereik. Geschikt voor zowel het opvulproces als het dompelproces.
Typische eigenschappen
Verschijning: | Lichtgele stroperige vloeistof |
Ioniciteit: | Kationisch |
pH-waarde: | 5,0 ± 1,0 (1% waterige oplossing) |
Oplosbaarheid: | Oplosbaar in water |
Inhoud: | 20% |
Sollicitatie: | Cellulosevezels, zoals katoen, viscosevezel, Modal en lyocell, enz. en hun mengsels |
Pakket
Plastic vat van 120 kg, IBC-tank en aangepast pakket beschikbaar voor selectie
TIPS:
Textiel vormt een grote en diverse groep materialen die op grote schaal worden gebruikt in kleding, huishoudelijke, medische en technische toepassingen. De toepassing van kleur op textiel, vooral in de mode, is een multidimensionaal werkterrein waar esthetische, sociale, psychologische, creatieve, wetenschappelijke, technische en economische aspecten samenkomen in het ontwerp van het eindproduct. Textielkleuring is echt het gebied waar wetenschap en technologie creativiteit ontmoeten.
Textiel is een specifiek materiaaltype dat wordt gekenmerkt door een unieke combinatie van eigenschappen, waaronder sterkte, flexibiliteit, elasticiteit, zachtheid, duurzaamheid, warmte-isolatie, laag gewicht, waterabsorptie/afstoting, aanverfbaarheid en weerstand tegen chemicaliën. Textiel is een inhomogene en unisotrope materialen die zeer niet-lineair visco-elastisch gedrag vertonen en afhankelijk zijn van temperatuur, vochtigheid en tijd. Daarnaast hebben alle textielmaterialen zonder uitzondering een statistisch karakter, zodat al hun eigenschappen worden gekenmerkt door (soms onbekende) distributie. In grote lijnen zijn de eigenschappen van textielmaterialen afhankelijk van de fysische en chemische eigenschappen van de vezels waaruit ze zijn gemaakt en van de materiaalstructuur, waarbij deze laatste wordt bepaald door zowel de vezeleigenschappen als het productieproces, die op hun beurt de vezeleigenschappen op hun beurt kunnen beïnvloeden. een weg door de verwerkingslijn.